Hoofdstuk 3: deel 1
Nog één keer breng ik mijn hand naar de deurknop, om hem vervolgens weer terug te trekken. Ik twijfel. Moet ik de deur zomaar opengooien en binnenstormen? Of moet ik eerst rustig naar beneden gaan en hem via de intercom bellen? Maar zometeen doet hij niet open... ik heb vast niet nog een keer het geluk dat er toevallig net iemand naar buiten komt en de deur voor me open houdt.
Voor de zoveelste keer denk ik terug aan het moment dat ik wakker werd, na die nacht, dé nacht, en de plek naast me leeg was. Toen dacht ik dat hij nog wel terug zou komen, maar dat was niet zo. Vijf weken geleden is dat nu, en eindelijk heb ik de moed om hem te vertellen wat er aan de hand is.
Nog één keer herhaal ik in gedachten wat ik wil zeggen. Nog één keer haal ik diep adem. Dan gooi ik de deur open.
Mijn ogen schieten de kamer rond, en blijven meteen steken bij de twee personen die daar op de bank zitten. Of nou ja, zitten... ze spartelen meer. Ze zoenen of hun leven ervan af hangt, het lijkt wel of ze elkaar opeten of zoiets.
Mijn ogen schieten de kamer rond, en blijven meteen steken bij de twee personen die daar op de bank zitten. Of nou ja, zitten... ze spartelen meer. Ze zoenen of hun leven ervan af hangt, het lijkt wel of ze elkaar opeten of zoiets.
Davids arm hangt om haar heen, zijn hand op haar kont.
Ik zie het, maar het dringt niet tot me door. Tenminste, niet de eerste ogenblikken. Want daarna komt het aan als een klap in mijn gezicht, alsof iemand mijn hart eruit rukt en het in duizend stukjes breekt.
Ik zie het, maar het dringt niet tot me door. Tenminste, niet de eerste ogenblikken. Want daarna komt het aan als een klap in mijn gezicht, alsof iemand mijn hart eruit rukt en het in duizend stukjes breekt.
Dan krijgt David door dat ik er ook ben. 'Rose?!' roept hij ontzet uit, en hij trekt zich los van het blonde meisje, dat eruit ziet alsof ze zo uit de eerste de beste nachtclub is geplukt. Ze kreunt en wil hem niet loslaten, maar David snauwt 'Hou op!' en ze schuift onderdanig opzij.
David springt overeind en rent naar me toe. Maar ik ben al weggerend. Het hele moment duurde maar een paar seconden, maar het leek wel een eeuwigheid.
Ik had het kunnen weten! Nee, eigenlijk wist ik het al. Vanaf het moment dat ik hem zag, wist ik al dat hij een player is. Maar ik luisterde niet naar het alarmbelletje, en werd verliefd op hem.
En wat is het resultaat? Een gebroken hart en zijn kind in mijn buik!
Ik had het kunnen weten! Nee, eigenlijk wist ik het al. Vanaf het moment dat ik hem zag, wist ik al dat hij een player is. Maar ik luisterde niet naar het alarmbelletje, en werd verliefd op hem.
En wat is het resultaat? Een gebroken hart en zijn kind in mijn buik!
Deel 2
'Rose! Rose, wacht nou!' roept David me na. Ik hoor zijn rennende voetstappen achter me aan komen, maar ik sta al in de lift en heb net op het knopje '0' gedrukt. 'Alsjeblief, hou de deuren open!' zegt hij dringend. Maar ik doe niks, ik sta daar maar, ik kijk hem aan, en de deuren sluiten zich net voordat hij in de lift kan stappen en me tegen kan houden.
'Rose, wacht!' roept hij nog een keer. Ik hoor zijn stem vaag door de liftdeuren. Waarom zou ik wachten?
De lift komt schokkend tot stilstand op de begane grond, en ik stap uit. Ik weet dat ik weg zou moeten lopen, want David kan ook elk moment uit de lift komen stappen. Maar ik blijf staan. Een deel van mij hoopt dat David nu komt, zodat ik hem verrot kan schelden. Een ander deel van mij wil hier het liefst zo snel mogelijk weg.
De lift komt schokkend tot stilstand op de begane grond, en ik stap uit. Ik weet dat ik weg zou moeten lopen, want David kan ook elk moment uit de lift komen stappen. Maar ik blijf staan. Een deel van mij hoopt dat David nu komt, zodat ik hem verrot kan schelden. Een ander deel van mij wil hier het liefst zo snel mogelijk weg.
'Ping,' zegt de lift. De deuren openen zich en David stapt naar buiten. 'Lieverd,' begint hij meteen, maar ik kap hem meteen af. 'Noem me geen lieverd! Ik ben je lieverd niet,' snauw ik. 'Weet je wel wat je me hebt aangedaan?!'
David geeft geen antwoord. Ik had ook niet anders verwacht. In plaats daarvan zegt hij: 'Waar is dat leuke, korte rokje van je gebleven?'
David geeft geen antwoord. Ik had ook niet anders verwacht. In plaats daarvan zegt hij: 'Waar is dat leuke, korte rokje van je gebleven?'
Dat is de druppel. Er knapt iets in me. Voor ik het weet barst storm van woorden los. 'Dus het gaat jou alleen om korte rokjes, lekkere tieten en een avondje wilde seks?! Nou, als je denkt dat ik me zo laat behandelen heb je het mis!'
'De reden dat ik godverdomme dit lelijke vest draag, is dat ik gewoon te dik ben geworden voor een leuk topje! Dankzij jóú!' David kijkt me raar aan. 'Ben je nu soms depressief en heb je vreetkicks of zo?' vraagt hij dom.
'Nee! Hoe dom ben jij?! Ik bedoel dat ik zwánger van je ben!!' Ik hijg. Zo, dat is gezegd, ook al ging het misschien iets anders dan ik gepland had. Maar David spert zijn ogen wijd open. 'Z-zwanger?' vraagt hij geschokt. 'Dat... dat is nog nooit gebeurd...' zegt hij, meer tegen zichzelf dan tegen mij.
'Nee! Hoe dom ben jij?! Ik bedoel dat ik zwánger van je ben!!' Ik hijg. Zo, dat is gezegd, ook al ging het misschien iets anders dan ik gepland had. Maar David spert zijn ogen wijd open. 'Z-zwanger?' vraagt hij geschokt. 'Dat... dat is nog nooit gebeurd...' zegt hij, meer tegen zichzelf dan tegen mij.
'Zwanger ja! Denk je dat ik er zo blij mee ben dat de vader van mijn kind een eikel is, die het niet eens langer dan een nacht met me volhoudt?'
Ik zucht. 'Maar goed. Ik kwam dus om te zeggen dat ik zwanger ben, en het kind hou. En het liefste wil ik dat ons kindje een vader heeft. Een vader die bij ons in huis woont.'
Ik zie de twijfel op Davids gezicht. 'Ik... bij jou wonen? Je bedoelt dus dat we samen wonen?'
'Dat bedoel ik ja. Of eigenlijk... bedoelde.'
Ik zie de twijfel op Davids gezicht. 'Ik... bij jou wonen? Je bedoelt dus dat we samen wonen?'
'Dat bedoel ik ja. Of eigenlijk... bedoelde.'
David aarzelt voor hij iets zegt. 'Maar... ik ben niet klaar voor een gezin. Ik kan me gewoon niet settelen. IK heb mijn vrijheid nódig,' zegt hij, en laat zijn hoofd een beetje hangen.
'Laat maar, zeg maar niks meer,' zeg ik, en ik maak mijn mijn handen een soort afwerende beweging.
'Laat maar, zeg maar niks meer,' zeg ik, en ik maak mijn mijn handen een soort afwerende beweging.
'Ik begrijp het. Blijf maar lekker doorgaan met flirten en versieren en harten breken. Dat is waar je goed in bent.' Ik weet het niet zeker, maar het lijkt net of die opmerking hard aankomt. Ik zie even een vreemde uitdrukking over Davids gezicht glijden, die ik niet van hem ken. Maar hij herstelt zich vrijwel meteen weer.
'Zoals ik al zei, kwam ik hier alleen om te zeggen dat we een kind krijgen.' Ik draai me om. 'Maar ik kan hem of haar ook wel zonder jou opvoeden. Waar-schijnlijk had je er toch niet veel van gebakken als vader.' En ik loop de deur uit, zonder nog één keer om te kijken naar de vader van mijn kind.
'Rose... ik kan me gewoon niet vastleggen! Zo ben ik niet!' roept hij me na. 'Tuurlijk, wat jij wilt,' mompel ik.
'Rose... ik kan me gewoon niet vastleggen! Zo ben ik niet!' roept hij me na. 'Tuurlijk, wat jij wilt,' mompel ik.
Deel 3
Het is inmiddels een paar maanden na mijn ruzie met David, en ik heb hem sindsdien niet meer gezien. Niet dat ik dat erg vind. Ik heb nu een vriend, Ben. Op hem kan ik tenminste rekenen, ik kan hem vertrouwen.
We zitten samen naar het nieuws te kijken, maar het dringt niet echt tot me door wat er allemaal gezegd wordt door de presentatrice. Ik denk na over mijn relatie met Ben. We wonen niet samen, maar hij heeft het er wel een keer terloops over gehad. Maar ik wil niet samenwonen. Nu nog niet in ieder geval.
Ben is heel lief voor me. Hij weet dat ik zwanger ben van een of andere eikel die me heeft laten zitten. Maar het maakt hem niks uit dat ik een kind krijg. Hij zegt zelfs dat het hem heel leuk lijkt om vader te worden.
Ja, Ben is geweldig. Maar op de een of andere manier voel ik niet hetzelfde als ik voor David voelde. Met Ben is het niet zo spannend als met David.
Ja, Ben is geweldig. Maar op de een of andere manier voel ik niet hetzelfde als ik voor David voelde. Met Ben is het niet zo spannend als met David.
Ik wil het niet toegeven, maar ik voel nog steeds iets voor David. Ver, heel ver, verlang ik nog steeds naar hem.
Nee, dat mag niet. Ik schud mijn hoofd. Ik heb Ben nu.
'...dat geloof je toch niet? We stonden voor met drie punten, en in de laatste vijf minuten scoren ze nog vier keer!' Ben gebaart wild met zijn armen van frustratie. O ja, dat is nog zoiets. Hij is een enorm Baseball-fan, iets wat ongeveer alle mannen hier in Bridgeport schijnen te zijn. Behalve David, natuurlijk. Ik zucht weer.
Nee, dat mag niet. Ik schud mijn hoofd. Ik heb Ben nu.
'...dat geloof je toch niet? We stonden voor met drie punten, en in de laatste vijf minuten scoren ze nog vier keer!' Ben gebaart wild met zijn armen van frustratie. O ja, dat is nog zoiets. Hij is een enorm Baseball-fan, iets wat ongeveer alle mannen hier in Bridgeport schijnen te zijn. Behalve David, natuurlijk. Ik zucht weer.
'Is er iets?' vraagt Ben bezorgd als ik geen antwoord geef. 'Je bent zo stil.'
'Sorry, ik dacht aan iets anders. Wat zei je ook alweer?' zeg ik, en Ben herhaalt wat hij net zei. Ik weet dat dat niet aardig van me is, maar Baseball boeit me nou eenmaal nul komma nul.
'Sorry, ik dacht aan iets anders. Wat zei je ook alweer?' zeg ik, en Ben herhaalt wat hij net zei. Ik weet dat dat niet aardig van me is, maar Baseball boeit me nou eenmaal nul komma nul.